Lunchen tussen de bavianen en klimmen in een palmboom

Op vrijdag stond er een bezoek aan Makasutu Forest op het programma. Al toen we aankwamen, werden we begroet door bavianen die daar rondliepen.

We maakten een mooie wandeling door het bos en een boottochtje over de rivier. De rivier is een belangrijke bron om oesters te oogsten. Dit wordt in Gambia voornamelijk gedaan door vrouwen. De oesters zetten zich vast aan de wortels van de mangroves. Ze kunnen daardoor makkelijk verzameld worden. De oesters zelf worden gegeten, maar de schelpen worden ook gebruikt in bijvoorbeeld cement.

Na de boottocht vervolgden we onze wandeling en kregen we meer te horen over de natuur. Ook kregen we veel te horen over rituelen in Gambia. Jongens ondergaan bijvoorbeeld het besnijdenisritueel. Naast de daadwerkelijke operatie worden jongens een aantal dagen het bos in gestuurd, waar ze van alles leren over het leven, bijvoorbeeld over stamtradities, verantwoordelijkheden, respect voor ouderen en de verschillende medicinale toepassingen van kruiden en planten in de bush. Het ritueel eindigt met een groot feest.

Vervolgens kwamen we bij een hutje waar een man zat die in contact stond met de hogere machten. Mensen in Gambia geloven dat deze gave vaak over gaat van ouder op kind, en dat je meteen aan iemand kan merken als deze persoon de gave heeft.

We konden bij hem een handlezing laten doen en omdat ik toch wel nieuwsgierig was heb ik dat gedaan. Naast wat standaard dingen als: "You will have a long and happy life" zei hij ook wel wat dingen waar ik me in herkende. Ook zei hij: "Before you leave here, you will buy sweets and give them away as a present, that will open doors for you." Ik dacht eerst dat dat iets was wat ik moest doen, maar toen we een paar dagen later snoep gingen uitdelen aan kinderen in een compound, dacht ik dat het meer een voorspelling was. Mijn vriend moest namelijk bananen aan iemand geven, en aangezien we een paar dagen later weer naar het apenbos zijn geweest is ook die voorspelling uitgekomen, als het dat was.

Nou ja, hierna was het tijd voor een lekkere lunch tussen de bavianen. Hierna gingen we naar een palmwijntapper, die in palmbomen klimt en daar het sap uit de palmboom tapt door bladeren af te snijden en daarvan een soort trechter te maken.

Het verse sap heeft een rare geur, maar smaakt lekker. Wanneer het een aantal dagen gefermenteerd is, wordt het zo sterk dat veel mensen hier de beruchte Pink Elephant van gaan zien. Die had ik natuurlijk wel willen zien, maar helaas konden we de gefermenteerde wijn niet proeven.

Het klimmen in de boom doet de palmwijntapper met een soort riem, waarin hij achterover kan leunen in de boom en die hem helpt om naar boven te klimmen. Hij neemt flessen mee, die hij ophangt in de boom, waarna hij ze de volgende dag ophaalt als ze gevuld zijn. We mochten zelf ook een stukje klimmen.

Daarna gingen we nog naar een craft market, waar mensen allerlei zelfgemaakte spullen verkochten. Een paar mensen kochten een mini djembé, en geïnspireerd door de muzikaliteit in Gambia stonden we al snel met z'n allen muziek te maken.

De dag eindigde met een etentje in een restaurant waar weinig toeristen komen en waar vooral de locals eten. Zoals gebruikelijk in Gambia was er veel vis en andere zeevruchten.